Olieprijzen stabiliseren

(ABM FN-Dow Jones) De olieprijzen zijn maandag gestabiliseerd na een daling vorige week. Een vat West Texas Intermediate werd 0,2 procent duurder bij een settlement van 68,10 dollar. De prijs voor een vat Brent steeg fractioneel maar bleef onder de 72 dollar.

De zwakte op vrijdag, een verkorte handelsdag vanwege Black Friday, werd veroorzaakt door het nieuws dat OPEC+ zijn vergadering heeft uitgesteld tot aanstaande donderdag. De bijeenkomst stond voor 1 december gepland.

Verwacht werd dat OPEC+ een plan om de productie geleidelijk weer te verhogen, verder uit zou stellen. Het verplaatsen van de vergadering leidt tot speculatie over botsingen binnen het kartel met betrekking tot de productieniveaus.

De oliebalans "heeft dit extra aanbod niet nodig omdat het de markt in een groot overschot zal duwen. De uitdaging is dat de groep een evenwicht moet vinden tussen het ondersteunen van de markt en het beperken van het verlies aan marktaandeel. Wat de zaken nog ingewikkelder maakt, is dat sommige leden zich nog steeds niet aan de afgesproken productieniveaus houden", zeiden Ewa Manthey en Warren Patterson, strategen bij ING.

Maandag wisten de olieprijzen te stabiliseren, na gunstige macrocijfers uit China. De vertragende groei van de Chinese economie wordt grotendeels verantwoordelijk gehouden voor de zwakke prestaties van ruwe olie in 2024.

De inkoopmanagersindex voor de verwerkende industrie steeg in november naar 51,5, vergeleken met 50,3 in oktober, volgens gegevens gepubliceerd door Caixin. Dat betekende een tweede maand op rij van expansie en het snelste groeitempo sinds juni.

"Stimuleringsmaatregelen beginnen eindelijk effect te sorteren bij 's werelds op één na grootste verbruiker van ruwe olie", aldus Alex Hodes van StoneX.

In de afgelopen maand verloren de olieprijzen terrein, onder meer in reactie op een staakt-het-vuren tussen Israël en het door Iran gesteunde Hezbollah.

Door: ABM Financial News.
info@abmfn.nl
Redactie: +31(0)20 26 28 999