Ontvang nu dagelijks onze kooptips!

word abonnee
Van beleggers
voor beleggers
desktop iconMarkt Monitor
  • Word abonnee
  • Inloggen

    • Geen account? Registreren

    Wachtwoord vergeten?
Overwinning beleggers: Hoge Raad haalt streep door Box 3-heffing
Beeld: © ANP

Overwinning beleggers: Hoge Raad haalt streep door Box 3-heffing

Volgens de Hoge Raad is de huidige box 3-belasting nog altijd discriminerend. U moet eventueel teveel betaalde belasting terugkrijgen. Maar er zit ook een addertje onder het gras.

Dit is groot nieuws: de Hoge Raad haalt een streep door de Box 3-heffing (vermogensbelasting). Volgens de hoogste rechtsprekende instantie van ons land is de heffing nog altijd discriminerend: beleggers betalen belasting over een rendement dat ze niet behalen.

En dat niet alleen: de overheid moet ook rechtsherstel plegen. Dat houdt in dat beleggers eventueel te veel betaalde belasting dienen terug te krijgen. Een miljardenstrop voor het toekomstige kabinet, een meevaller voor u. In het vonnis staat wel dat het aan de belastingplichtige - u dus - is om aan te tonen dat uw werkelijke rendement lager was dan het forfaitaire rendement. U ontvangt geen rente over het bedrag dat u bent misgelopen.

Fictief rendement

Hoe zat het ook alweer? Vroeger betaalde iedereen per saldo 1,2% belasting over het vermogen dat uitkwam boven een bepaalde vrijstelling (dat wil zeggen: de fiscus ging uit van een fictief rendement van 4% over uw vermogen, waar 30% belasting over werd geheven). Hoe hoog uw vermogen was en hoeveel rendement u daadwerkelijk had behaald, was niet van belang.

In 2017 ging dat stelsel op de schop. Vanaf dat moment ging de Belastingdienst voor de berekening van uw vermogen in box 3 uit van een fictieve verdeling tussen spaargeld en beleggingen. Hierbij werden grotere vermogens zwaarder belast. De gedachte hierachter was dat mensen met een omvangrijker vermogen naar verhouding meer beleggen dan landgenoten met minder vermogen. En dat zij op die beleggingen een hoger rendement behalen.

Dit leidde tot een golf van protest, omdat de fictieve rendementen vaak sterk afweken van de rendementen die spaarders en beleggers in werkelijkheid behaalden.

Daarna kwam er een nieuwe methode, waarbij werd gerekend met de werkelijke verdeling van iemands vermogen over drie categorieën: spaargeld, beleggingen en (eventuele) schulden. Dit benaderde de werkelijkheid al wat meer, maar er was nog een probleem: er werd nog steeds gewerkt met een fictief rendement. Dit rendement verschilde per categorie: het fictieve rendement op spaartegoeden (0,92% over 2023) lag een stuk lager dan dat op beleggingen (meer dan 6,17% over 2023).

Hoge Raad: fictief rendement is discriminerend

Volgens de Hoge Raad is met die nieuwe methode het probleem voor spaarders opgelost, want het forfaitaire rendement voor banktegoeden komt aardig in de buurt van het werkelijke rendement. Maar voor beleggers is de angel er nog niet uit. Bij de berekening van het forfaitaire rendement ging de fiscus uit van een fictieve beleggingsmix (van aandelen, obligaties en vastgoed, zoals een vakantiehuis) en plakte daar gemiddelde rendementen op.

Maar elke belegger is verschillend, en dus lopen ook de behaalde rendementen flink uiteen. De ene belegger belegt offensief en zit bijvoorbeeld veel in groeiaandelen. Maar de andere belegger is meer defensief, en heeft een groot deel van zijn vermogen in relatief veilige, maar nauwelijks renderende staatsobligaties gestopt. Bovendien is niet elke belegger succesvol: de een behaalt prachtige rendementen en de ander heeft pech.

Voor beleggers met lage rendementen pakte die nieuwe regeling nog steeds ongunstig uit. Zij betaalden belasting over een rendement dat ze niet haalden.

De Hoge Raad schaart zich nu dus achter die kritiek. 'Aldus treedt ook in de nieuwe berekening onder de Herstelwet een aanmerkelijk verschil in behandeling op tussen succesvolle en minder succesvolle beleggers', zo staat in het vonnis.

Nieuwe regels om het rendement in box 3 te berekenen

De Hoge Raad heeft regels opgesteld over de manier waarop het werkelijke rendement berekend moet worden. Het hele vermogen moet hierbij worden meegenomen, zonder aftrek van het heffingvrije vermogen (€57.000 over 2023 en 2024). Er mag geen rekening worden gehouden met de inflatie, ook al holt deze de waarde van uw vermogen uit. Ook positieve of negatieve rendementen in andere jaren tellen niet mee.

Verder moeten niet alleen de voordelen die u haalt uit uw spaartegoeden of beleggingen (zoals rente, dividend en huurinkomsten) worden meegenomen, maar ook eventuele waardevermeerderingen of -verminderingen. Hierbij maakt het niet uit of dit slechts rendementen op papier zijn of dat u ze heeft verzilverd. Vastgoed dat meer waard wordt, geldt dus ook als een vermeerdering van uw vermogen, ook al zit dat in de stenen.

Kosten mag u niet aftrekken van het rendement, ook al zijn die natuurlijk wel bepalend voor wat u onder de streep overhoudt. Maar rente over schulden mag wél meetellen.

Dit zal nog een behoorlijke kluif worden voor het nieuwe kabinet. En voor beleggers, want u moet uw administratie wel hebben bewaard.

Meld u aan voor de dagelijkse Beursupdate

Dagelijks een update van het laatste beursnieuws en beleggingskansen in uw mailbox!

 
Jasperien van Weerdt

Auteur:

Jasperien van Weerdt is redacteur bij IEX, IEXGeld, Belegger.nl en Beursduivel en auteur van het boek 'Financieel fit in 30 dagen'.

Reacties

21 Posts
Pagina: 1 2 »» | Laatste | Omlaag ↓
  1. MartijnN1932 6 juni 2024 13:40
    Ik ben benieuwd wat de voorwaarden zijn van de volgende zin:
    "Het aan de belastingplichtige - u dus - is om aan te tonen dat uw werkelijke rendement lager was dan het forfaitaire rendement"

    Volgens mij wordt dat nog knap lastig om dat te gaan bewijzen, want immers in een jaar koop en verkoop je , je aandelen, worden aandelen gesplitst, samengevoegd..

    of zou het zo simpel worden als wat was je waarde op 1 januari van jaar x t.o.v. waarde op 1 januari van jaar y.

    En dan nog wat nu als je extra geld in je beleggingsrekening hebt gestort. of juist hebt weggehaald..
    Ik voorzie een enorme administratieve uitdaging , zeker als je van broker bent gewisseld of als je broker is overgenomen zoals alex naar binck en binck naar Saxo (want die laatste geeft al helemaal slechte overzichten)

    en dan op de oplossing waarbij het volgende staat:

    Kosten mag u niet aftrekken van het rendement, hoe dan, want mijn effectief netto rendement is wel afhankelijk van de kosten die ik maak voor het beheer van mijn portefeuille en de koop en verkoopkosten..
  2. Sir Cryptalot 6 juni 2024 13:44
    quote:

    Remykat schreef op 6 juni 2024 13:10:

    Mooi zeg, hoe kun je reclameren, iemand die het weet?
    Ja, iemand weet dat hier, want dit is al jaren bekend natuurlijk...
    Oftewel ik zou even afwachten hoe de belastingdienst hier op reageert, kan wel even duren voor er een loket/website is opgezet.
  3. Tiesiex 6 juni 2024 14:10
    Hier staat ie: www.hogeraad.nl/actueel/nieuwsoverzic...

    Drie zinnen vallen op:
    •? ?“Hierbij maakt het niet uit of dit slechts rendementen op papier zijn of dat u ze heeft verzilverd.”
    •? ?“Positieve of negatieve rendementen in andere jaren tellen niet mee”
    •? ?“Kosten niet verrekenbaar”

    Hoe moet je die lezen? Direct afrekenen over ongerealiseerd rendement, en dus verkopen om de belasting te kunnen betalen? Een paar slechte jaren moeten beleggers goedmaken met netto-rendement NA belastingen in andere jaren? En belasting betalen over kosten die je betaald hebt? Hoe gek is dat?
  4. Hans de B. 6 juni 2024 14:20
    Uitspraak HR Box 3

    Is dit nu een krankzinnige uitspraak of begrijp ik het verkeerd?

    Zoals ik het begrijp moet de ongerealiseerde waardegroei worden meegerekend als rendement, mogen verliezen uit voorgaande jaren niet worden verrekend en mogen kosten niet worden afgetrokken.
    Dus als je een pand verhuurd en je hebt vorig jaar voor € 40.000,00 ( = 2 1/2 jaar huur) verbouwd om van energie Label F naar energie label A te gaan dan mag je deze kosten schijnbaar niet aftrekken maar moet je wel extra belasting betalen over de waardestijging van het pand dit jaar omdat je een beter energielabel hebt?
  5. forum rang 6 Rowi62 6 juni 2024 16:15
    Goed nieuws voor slechte beleggers zou de titel moeten zijn.

    Als ik de fiscus was zou ik wel eisen dat als iemand een jaar heeft met minder dan 4,5% op beleggingen en dus bezwaar maakt deze dan ook de andere jaren laat zien.

    De NOS was weer voorbarig denk ik met de miljarden en miljarden die dit gaat kosten.
  6. ton1947 6 juni 2024 16:18
    De spaartegoeden belasten met een fictief rendement van 4% (in werkelijkheid 0%) en tegelijk de indexering van de pensioenen tegen houden met als argument dat de rekenrente ruim beneden de 4% ligt (intussen wel met beleggingen van de pensioengelden meer dan die 4% binnen schrapen). En na meer dan 10 magere jaren zitten de pensioenfondsen bovenop de geroofde buffers van vele miljarden en weigeren ze die terug te geven aan de pensioendeelnemers met wiens geld ze hebben belegd en dus risico genomen hebben. De gepensioneerden zijn dus dubbel gepakt door de kongsi overheid en pensioenfondsen. Wij willen gerechtigheid.
  7. ton1947 6 juni 2024 16:20
    quote:

    MartijnN1932 schreef op 6 juni 2024 13:40:

    Volgens mij wordt dat nog knap lastig om dat te gaan bewijzen, want immers in een jaar koop en verkoop je , je aandelen, worden aandelen gesplitst, samengevoegd..
    Kunnen we Laurentine (Petra) niet vragen om te bemiddelen? Die heeft nogal een gulle hand.
  8. forum rang 6 Inion 6 juni 2024 17:07
    quote:

    Just lucky schreef op 6 juni 2024 15:18:

    Ze maken het allemaal veel te moeilijk, gewoon afschaffen en alleen vermogensbelasting invoeren. Bijvoorbeeld eerste 100k vrijgesteld, daar boven tot 1mln 1% belasting en boven de 1 mln 2% belasting. Klaar, simpeler kan het niet.
    Gewoon helemaal afschaffen. Het is en blijft diefstal.
  9. BBB 6 juni 2024 19:34
    Telt ieders pensioen ook mee? Ik spaar zelf pensioen bijeen. Het zal toch niet zo zijn dat je dan elk jaar fors belasting moet betalen over je gespaarde pensioenpotje? Dan moeten ze ook de mogelijkheid bieden een fors bedrag voor je pensioen apart te zetten, zonder additionele voorwaarden want dan vallen mensen die bijvoorbeeld ziek zijn geworden buiten de boot. FOR is ook al afgeschaft. Over 'eerlijk' gesproken.Dat wordt een drama...
  10. Harley 6 juni 2024 20:44
    quote:

    Ben schreef op 6 juni 2024 13:02:

    De belastingdienst mag alleen belasting heffen over het werkelijk behaalde rendement bepaalde de Hoge Raad. Tevens moesten spaarders en beleggers compensatie krijgen voor de te veel betaalde belasting over de periode tussen 2017 en 2022.

    Ik ga HEEL veel geld terug krijgen.....

    Rechter heeft uitspraak gedaan en belastingdienst moet terugbetaling maar of je het ook krijgt zal wel net zo gaan als bij de toeslagfraude of in Groningen. Veel beloven weinig teruggeven.
  11. Chuckster 10 juni 2024 15:07
    Ik denk dat het helemaal geen overwinning is voor beleggers en dat de fiscus hier miljarden extra op gaat halen
    Daar hebben ze overigens geen capaciteit voor, net zomin als invorderen coronaschulden. Dus dit sleept zich nog jaren door.....

    Even een cijfervoorbeeld om te zien of ik het goed begrijp:
    belegd vermogen was €100.000. Daar betaal je 6,17% x 32% belasting over. Totaal nog net geen €2.000
    Rendement was € 10.000. Daar betaal je dan 32% over. Totaal meer dan € 3.000
    Dat is flink meer belasting
  12. Analyticus 11 juni 2024 23:41
    De discutabele definitie voor het Werkelijk Rendement van de Hoge Raad in de uitspraken over Box 3 van 6 juni

    De Hoge Raad (HR) heeft op 6 juni een persbericht uitgegeven met de titel “Hoge Raad: box 3-heffing nog steeds discriminerend”.

    De HR mag niet op de stoel van de wetgever gaan zitten en lijkt dat ook te willen voorkomen.

    De HR stelt in het persbericht van 6 juni het volgende :

    (begin citaat)

    Werkelijk rendement
    Met het oog op de rechtseenheid en rechtszekerheid heeft de Hoge Raad in een aantal uitspraken van vandaag regels gegeven voor de berekening van het werkelijke rendement. Daarbij heeft de Hoge Raad zoveel mogelijk aangesloten bij het rendementsbegrip dat de wetgever voor ogen heeft gestaan bij de vormgeving van het forfaitaire stelsel in box 3.

    Bij de vaststelling van het werkelijke rendement dient het gehele vermogen (dus met inbegrip van banktegoeden) van de belastingplichtige in box 3 te worden betrokken, zonder aftrek van het heffingvrije vermogen. Het gaat om het nominale rendement, dus zonder rekening te houden met inflatie. Met het positieve of negatieve rendement in andere jaren wordt geen rekening gehouden. Dat sluit aan bij het stelsel van forfaitaire heffing in box 3.

    Het werkelijke rendement omvat niet alleen voordelen die uit vermogensbestanddelen worden getrokken, zoals rente, dividend en huur, maar ook positieve en negatieve waardeveranderingen van die vermogensbestanddelen. Ook ongerealiseerde waardeveranderingen behoren tot het werkelijke rendement. Om zoveel mogelijk aan te sluiten bij het forfaitaire stelsel in box 3 wordt met kosten geen rekening gehouden, maar wel met rente van schulden die tot het vermogen in box 3 behoren.

    Rechtsherstel
    Een inbreuk op het discriminatieverbod in het EVRM en het eigendomsrecht in het EP vindt dus plaats in gevallen waarin het forfaitaire rendement hoger is dan het werkelijke rendement. In die gevallen moet rechtsherstel worden verleend. In die zin had de Hoge Raad al beslist in de uitspraak van 24 december 2021. De Hoge Raad bepaalt nu dat dit rechtsherstel moet inhouden dat de belastingaanslag zo ver wordt verminderd, dat alleen nog belasting in box 3 wordt geheven over het werkelijke rendement. Het is aan de belastingplichtige om aan te tonen dat zijn werkelijke rendement lager is dan het forfaitaire rendement.

    (einde citaat)

    De HR refereert, zoals uit de uitspraken blijkt, aan het forfaitaire rendement dat oorspronkelijk was bedoeld in het wetgevingsproces eind 1999 begin 2000.
    Daarbij valt op dat nu en ook in de uitspraak van 24 december 2021 door de HR selectief gebruik is gemaakt van een voor discussie vatbaar citaat uit een document van 28 november 1999 van 541 bladen.

    In de periode van het wetgevingsproces bestond de coalitie uit het tweede paarse kabinet van PvdA met 45 zetels en VVD met 38 zetels met Wim Kok (PvdA) als premier en Gerrit Zalm (VVD) als minister van Financiën en Willem Vermeend (PvdA) als staatssecretaris van Financiën.

    Over het forfaitair rendement van 4% in Box 3 zijn de volgende uitspraken uit het overleg van 8 december 1999 relevant :
    Wouter Bos (PvdA) zei daarover “Het gaat dan om het rendement dat mensen over langere tijd altijd moeten kunnen maken bij een risicovrije of risico mijdende vorm van beleggen. Als ze méér willen maken, is dat voor hun eigen risico en mogen ze de vruchten daarvan zelf plukken; dat geldt ook voor de nadelen.”.
    Toenmalig minister van financiën Gerrit Zalm stelde “De vier procent beoogt te zijn het reële rendement dat je op langere termijn met beleggen risicovrij moet kunnen halen. Dan kom je inderdaad uit bij de staatsobligatie als benchmark, als benaderingswijze van het rendement. Wij spreken dan wel over reëel rendement en niet over nominaal rendement.”.

    Deze en nog veel meer ondersteunende uitspraken, die in dat overleg van 8 december 1999 zijn gedaan, zijn voor zover deze zaken uit het document van 28 november 1999 ontkrachten doorslaggevend aangezien dat de basis is voor de volgende stap van het stemmen door de Tweede Kamer.

    Vervolgens heeft de Tweede Kamer op 3 februari 2000 voor de Wet Inkomstenbelasting 2001 gestemd.

    Het betrof één forfaitair rendement dat van toepassing was voor alle posten in sparen en beleggen.
    Bij de bepaling van de hoogte van het forfait zou op globale wijze rekening worden gehouden met de kosten.
    Dat zou bovendien over meer jaren gemiddeld haalbaar moeten zijn met risico vrij beleggen en ook met sparen en met aftrek van inflatie. Staatsobligaties konden als referentie dienen.
    Verder zouden jaren met lage rendementen zwaarder meetellen dan jaren van hoge rendementen.

    Wat echter niet is gebeurd is dat het op die wijze is onderhouden.
    Integendeel het moest bij elke wijziging in de wet kost wat kost evenveel belasting blijven opbrengen.
    Zo heeft de HR in de uitspraak van 24 december 2021 vastgesteld dat bij de aanpassing van de Wet Inkomstenbelasting 2001 in 2017 uit budgettaire overwegingen het uitgangspunt is verlaten dat het forfait aanknoopt bij het zonder veel risico haalbare rendement.

    Bij een echt goed onderhouden forfaitair rendement volgens de aangehaalde uitgangspunten hoeft er vervolgens bij aangifte niet nog eens met kosten en inflatie rekening te worden gehouden en kan dat elk jaar opnieuw worden toegepast en ook bij negatieve en positieve afwijkingen in een jaar omdat het forfaitaire rendement daar gemiddeld onder zou blijven.

    De wijze waarop de HR nu een werkelijk rendement definieert met de wijze waarop een goed bepaald en een wel goed onderhouden forfaitair rendement fiscaal verwerkt kan worden is dan ook zeer merkwaardig.

    De definitie van de HR voor het werkelijk rendement is dus niet af te leiden uit het rendementsbegrip dat de wetgever voor ogen heeft gestaan bij de vormgeving van het forfaitaire stelsel in box 3 en daarmee gaat de Hoge Raad dus op de stoel van de wetgever zitten.
    De Hoge Raad had echter wel terug kunnen gaan naar de oorsprong van Box 3 en kunnen stellen dat het alsnog als zodanig moet worden hersteld zoals hier onder weergegeven.

    Hoe kan dit alsnog worden opgelost?

    Het pleidooi blijft om de “Wet werkelijk rendement box 3" terug te trekken en zo snel als mogelijk te gaan naar één goed en rechtvaardig bepaald forfaitair rendement per belasting jaar op basis van de rente van de jongste tienjarige staatsobligaties met daarop in mindering 1% voor de kosten en het inflatie percentage.
    Dat dient bovendien op een correcte wijze gemiddeld te worden over meer jaren met de nadruk op lagere rendementen
    Dus zoals het oorspronkelijk was bedoeld en het ten onrechte niet goed is onderhouden.
    Dat sluit ook aan op de reactie van IEX op de consultatie werkelijk rendement box 3 van 20 oktober 2023.

    Rechtsherstel is mogelijk door dat alsnog met terugwerkende kracht toe te passen voor alle jaren dat Box 3 bestaat vanaf 2001.
21 Posts
Pagina: 1 2 »» | Laatste |Omhoog ↑

Meedoen aan de discussie?

Word nu gratis lid of log in met je emailadres en wachtwoord.