Britse AFM is ‘incompetent’ en ‘oneerlijk’

De financiële gedragstoezichthouder van het Verenigd Koninkrijk, de Financial Conduct Authority (FCA), krijgt een vernietigend oordeel in een rapport van Britse parlementsleden en senatoren.

Het onderzoek is uitgevoerd door de All-Party Parliamentary Group on Investment Fraud and Fairer Financial Services, die bestaat uit dertig parlementsleden (MP's) en veertien leden van het Hogerhuis (House of Lords). Deze commissie wil opkomen voor slachtoffers van financieel wangedrag, financiële misdaden, schandalen en tekortkomingen in de regelgeving.  Het rapport over de FCA, de Britse evenknie van de AFM, staat online.

Volgens de parlementaire commissie slaagt de FCA er te vaak niet in om haar taken op een redelijk niveau uit te voeren. Dit geldt vooral met consumentenbescherming, waar fraude en wangedrag vaak te laat worden opgemerkt en aangepakt. De FCA wordt bovendien beschuldigd van een gebrek aan integriteit. Een belangrijk deel van de respondenten meent dat de FCA te kwader trouw optreedt.

Foute cultuur, ineffectief en oppervlakkig

De FCA zou volgens hen grote bedrijven bevoordelen en onvoldoende eerlijk zijn over de eigen tekortkomingen. Daarnaast zou de FCA klokkenluiders slecht behandelen. De toezichthouder reageert niet adequaat op hun meldingen en benadeelt de klokkenluiders in sommige gevallen.

Huidige en voormalige werknemers beschrijven de FCA als een organisatie met een foute cultuur die steeds slechter wordt. Fouten maken en niet optreden komen vaak voor. Mensen leggen geen verantwoording af. Werknemers die er wat van zeggen worden gepest, gediscrimineerd en/of ontslagen.

De respondenten zijn eensgezind in hun kritiek op reorganisaties en programma’s voor kwaliteitsverbetering van de FCA: ze omschrijven die als ineffectief en oppervlakkig. 

Onderzoek van twee jaar en 174 interviews

In het kader van het onderzoek, dat ruim twee jaar in beslag nam, is met 174 personen gesproken, onder wie klokkenluiders, slachtoffers van oplichting door financiële instellingen en huidige en voormalige werknemers van de FCA. De kritiek is breed gedragen.  Daarbij wordt de toezichthouder ook traagheid, passiviteit en bevooroordeling van bedrijven, verweten.

Het rapport doet aanbevelingen. De meest vergaande is het wegnemen van de bescherming van de FCA tegen aansprakelijkheid jegens consumenten, in combinatie met een wettelijke, afdwingbare zorgplicht. Bovendien pleit het rapport voor een andere wijze van financiering van de FCA. De hervormingen moeten leiden tot een rechtvaardig systeem, waarin de financiële dienstverleners en toezichthouders passende bescherming bieden.